Esch – Sint-Willibrorduskerk

Orgel Concerten Muziek Kerk Info

Dorpsstraat 10
5296 LV Esch (Gemeente Haaren)
Locatie op Google/maps

Het Heyneman-van Hirtum-orgel (1788-1817)

In 1788 bouwde A.F.G. Heyneman een orgel voor de Hervormde Kerk in Vught. In 1795 raakte dit instrument door oorlogshandelingen zwaar beschadigd.

1816/1817 – Herstel
Pas in 1816 kon met de herstelwerkzaamheden worden begonnen.
Bernard van Hirtum herbouwde het instrument in een nieuwe orgelkas. In 1817 was dit werk voltooid.
Dispositie 1817:
Manuaal: Holpijp 8′, Fluit Travers 8′, Prestant 4′, Fluit 4′, Octaaf 2′, Fluit 2′, Cornet III sterk D, Trompet 8′ B/D.
Pedaal aangehangen.

1855 – Broekhuijzen schrijft:
“Het orgel in de Kerk der Hervormde Gemeente aldaar (Vught) is de maker en datum der stichting onbekend. Was in 1795 door Fransche Militaire geheel beschadigd byna vernield geworden. De overblyfselen zoo veel mogelijk byeen verzameld en toen daar uit zeer gebrekkig onvolleedig en byna onbruikbaar orgel te zamen gesteld waarmede zich de gemeente Jaren heeft beholpen. In 1868 is het geheel gerepareerd en hernieuwd door H.P. van Hirtum orgelmaker te Hilvarenbeek. Heeft 9 stemmen, een handclavier, aangehangen pedaal en twee blaasbalgen.
Prestant 4′, Holpyp 8′, Fluit Trav, Fluit 4′, Octaaf 2′, Cornet 3 st., Fluit 2′, Trompet B 8′, Trompet D 8′, Tremulant en Ventil.”

1933 – Uitbreiding
Het orgel werd in 1933 omgebouwd en uitgebreid met drie registers op een pneumatische lade. Na deze uitbreiding was de dispositie:
Manuaal: Prestant 8′, Holpijp 8′, Viola d’Amour 8′, Voix Céleste 8′ D, Flute Travers 8′ D, Octaaf 4′, Fluit 4′, Woudfluit 2′, Cornet III sterk D, Hobo 8′. Pedaal: Subbas 16′. Pedaalkoppel.
In 1956 kocht men in Vught een nieuw orgel en het oude werd gedemonteerd en opgeslagen.

In Esch was in 1893 een harmonium geleverd door de firma J. van Kesteren uit Gennep.

Vanaf 1962 – Esch
De parochie in Esch kocht het Heyneman-orgel aan. Het werd in 1962 geplaatst door parochianen.
J. Clercx uit Boxtel herstelde het instrument in 1986.

2010 – Oorspronkelijke staat
Op 1 juli 2009 is Van Rossum gestart met een nieuwe restauratie. Onder advies van Rogér van Dijk is het instrument teruggebracht in de oorspronkelijke staat. De pneumatische lade is hierbij verwijderd, evenals het pedaalklavier. Tijdens de restauratie kon ook worden vastgesteld dat het orgel gebouwd was door Heyneman, iets dat lange tijd onzeker was. Begin oktober 2010 is het orgel herplaatst in de kerk. Op 6 november 2010 nam men het orgel weer in gebruik met een bespeling door Cees van der Poel.

Dispositie

Manuaal: C-f”’
Holpijp 8′
Flutrravers 8′ D – 19de eeuw
Praestant 4′ – 1788/2010
Fluit 4′ – 1788/1817
Quintfluit 3′ – 1788/19de eeuw/2010
Octaaf 2′ – 2010
Mixtuur III sterk – 1817/2010
Kromhoorn 8′ B – 2010
Trompet 8′ D – 2010

Mechanische register- en toetstractuur
Toonhoogte a’=425 Hz
Temperatuur: Valotti
Winddruk 60 mm

Samenstelling Mixtuur III sterk
C: 1′ – 2/3′ – 1/2′. c’: 2′ – 1 1/3′ – 1′. c”: 4′ – 2 2/3′ – 2′.

De nieuwe windvoorziening met rechts de orgeltrapmogelijkheid.

Concerten

Normaliter worden hier geen concerten gegeven.

Muziek

Tommy van Doorn bespeelt het orgel in 2021.

De kerk

Oorspronkelijk stond hier een in de tweede helft van de 15de eeuw gebouwde kerk die in 1633 door de Staatse regering aan de katholieke eredienst werd onttrokken. Het werd een protestantse kerk zonder vaste predikant waar de Boxtelse dominee voor enkele protestanten kwam preken. In 1798 kregen de katholieken de kerk sterk verwaarloosd terug. In 1801 kon ze weer in gebruik worden genomen, maar pas in 1809 was het interieur weer op orde.

In 1856 kreeg de kerk een nieuw neoclassicistisch schip ontworpen door Hendrik Jacobus van Tulder. De oude gotische kerk werd daarvoor gesloopt, doch de toren bleef behouden. Wegens vermeende bouwvalligheid werd dit schip in 1927 vervangen door het huidige die is ontworpen door Hubert van Groenendael.

De oude gotische toren (rijksmonument 15375) bestaat uit drie geledingen waarvan de tweede geleding spaarnissen bevat en de derde heeft galmgaten en wordt afgesloten met een boogfries. De toren wordt bekroond door een ingesnoerde, met leien bedekte spits. De kerk heeft topgevels tegen de zijbeuken en de dwarsbeuk wordt bekroond met een vieringtorentje.
In de kerk bevindt zich een priestergrafsteen uit 1503 en een riddergrafsteen uit 1553, hergebruikt in 1731. Een klok uit 1716 draagt het opschrift: Me fecit Mamees Fremy anno 1716. S. Willibrordus vocar; sicut et patres vece et vos Ego, S. Stephanus, caritatis preaco.
Op de begraafplaats bevindt zich een kleine calvarieberg en een lijkenhuisje.

Info

Informatie en foto’s over het orgel: Piet Bron 2021
Kerkinfo: Wikipedia.
Parochiewebsite: klik hier.